Home
 
 
 
23 maart - 25 mei 2014
 
NOT ALL I SEE IS THERE
 
Benoît Félix
Christian Van Haesendonck
Roeland Tweelinckx
 
     Benoît Félix, videostill Dessine ce par quoi tu passes/ passe par ce que tu dessines, 2010
 
 

Van zondag 23 maart tot zondag 25 mei presenteert galerie EVA STEYNEN.DEVIATION(S) de groepstentoonstelling Not All I See Is There met werk van Benoît Félix, Christian Van Haesendonck en Roeland Tweelinckx.

 

De titel van de tentoonstelling is de titel van een schilderij van Sam Francis waarover Jean-François Lyotard schrijft in zijn boek Sam Francis, Leçons de Ténèbres, Like the paintings of a blind man. (Red. Herman Parres, Leuven university press, 2010). En verwijst naar wat zich in de marge afspeelt, buiten de focus van de blik, maar tevens hoe ons zien voortdurend bedot wordt door het apparaat van het oog en hoe ons kijken een zien uit gewoonte is, wat is aangeleerd. Want wat we niet kennen zien we niet.

 

De drie kunstenaars spelen met dat zien en niet-zien, zijn en niet-zijn. Daar waar geen duidelijk afgebakend hier en daar meer is in het zien, zodat de blik wat ontdaan is van zijn onderscheidend vermogen. Net zoals de trompe l'oeil ons doet twijfelen in het kijken als een vast-leggen, stellen we vast dat wat er te zien is, niet alles is wat we zien. Juist de twijfel ontdoet het kijken van zijn gewoonten om vast te leggen. Voorbij het alledaagse kijken is er iets te zien.

 

 

BENOÎT FÉLIX (1969) woont en werkt in Brussel. Hij werkt rond de tekening als object en de trompe l'oeuil als driedimensionaal beeld. De kunstenaar speelt met het gegeven van de tekening als omlijning van de werkelijkheid. De tekening creëert een nieuwe realiteit op het tweedimensionale vlak, maar eens we dat getekende object uitsnijden verliest het zijn realiteit.

We tekenen de objecten, we maken er een beeld van alsof ze echt bestaan, maar de lijn zelf maakt geen deel uit van de realiteit. Zolang een beeld een beeld is, zegt het niet dat het bestaat. Eens de tekening uitgeknipt en 'geplaatst' in de ruimte, houdt het op een beeld te zijn, maar wordt het een object.

 

Een uitgeknipte tekening van draden kunnen we ophangen in de ruimte zoals een werkelijk ding. Maar het is als een valstrik ophangen. Want als iemand verstrikt geraakt in één van die draden is het niet de toeschouwer die valt, “maar het kunstwerk zelf dat valt.”

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tijdens Not All I See Is There toont Benoît Félix naast de trompe l'oeil en de uitgeknipte tekening tevens de video 'Dessine ce par quoi tu passes/ passe par ce que tu dessines'.

 

Tevens brengt hij tijdens de vernissage de performance 'tellen = 17 / compter = 17' het aangebrachte resultaat blijft als werk in de tentoonstelling aanwezig.

 

(Meer info: http://www.benoitfelix.com)

 

 

CHRISTIAN VAN HAESENDONCK (1957) woont en werkt in Antwerpen, hij maakt "stopgezette tekeningen": deze ontstaan en worden weer stopgezet als kanttekeningen, tijdens de uitoefening van andere activiteiten, zoals de meeste mensen tekenen bij het telefoneren. Gaandeweg ontwikkelde hij een aandacht voor wat er zou kunnen verschijnen. Vaak gaat het over minimale tekeningen die zich ophouden in de rand van mapjes of vellen papier: randbemerkingen, schema's, stippellijnen, rangschikkingen, vergezichten, over de opengetrokken ruimte, het niet ingevulde.

 

CVH, 26 28 29 30 31 35 (36), 2011

 

 

CVH, Drawing archive C, 2013

 

Ook tijdens Not All I See Is There integreert hij zijn werk binnen bestaande elementen in de ruimte van DEVIATION(S). Alsof ze er altijd al aanwezig waren als een soort onderbewuste. Maar in tegenstelling tot het klasseren, rangschikken doen 'voor en na', 'hier en daar' zich niet chronologisch voor in het onderbewuste van de ruimte, ze doemen op. Doen zich aan de kijker voor als een gebeuren, als een 'er zijn'.

 

 

(meer info: www.galerie-el.be , www.hanstheys.be/artists/christian_van_haesendonck/  )

 

 

ROELAND TWEELINCKX (1970) gaat met zijn in situ interventies aan het werk met specifieke elementen aanwezig in de ruimte van DEVIATION(S) en daagt de toeschouwer uit verder te kijken dan de grenzen van het perspectief. Hij gaat een dialoog aan met ruimte en toeschouwer. Telkens doet hij dat met een kwinkslag en legt niet op, maar geeft het zien de vrijheid. Hij gebruikt alledaagse objecten, die soms al aanwezig zijn of brengt ze aan, en zet ze in een context die het alledaagse kijken ondermijnt. Niets is echter wat het lijkt en hierdoor brengt hij te denken aan in de waarneming. Een aandachtig kijken naar wat is en niet-is.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

photos: Thierry Jorissen, 2014

http://www.roelandtweelinckx.be

 

 

 

Eva Steynen, februari 2014

 
_______________________________________________________________________
 
 
_______________________________________________________________________
 
 
 
COLLECT_maart 2014
 
 
 ____________________________________________________________________